16 juni

Traismauer, 16 juni

Vannacht heeft het geonweerd en geregend, maar vanmorgen is het droog. Even naar de bakker in het dorp om de broodjes te kopen.

Er dreigt nog even regen te komen, dus snel de tent en alles ingepakt en opgepakt om in het keukentje van de camping nog even de broodjes op te eten, samen met een lekkere bak koffie. 

Er staat inmiddels al wel een stevige wind, maar deze komt uit het Westen, dus met de vlam in de pijp richting onze volgende camping in Traismauer. Deze camping zou later nog voor een grote verrassing gaan zorgen.

We fietsen weer door een fantastisch mooi gebied. Elke bocht is weer een plaatje, het lijkt af en toe of we in een puzzel fietsen.

Als eerste plaats komen we Schonbuhel tegen, deze plaats ontstond bij het gelijknamige slot uit de 12e eeuw. We fietsen hier langs de camping en gaan kijken, want we weten van de mevrouw die gisteren met ons meeliep in het klooster van Melk dat er hier een ANWB groep aan het kamperen is. Denk even aan het programma van omroep MAX, "we zijn er bijna". Ze gaan vandaag weer vertrekken naar Klosterneuburg en daar gaan wij morgen naar toe. We zijn van harte welkom.

Via Aggstein met zijn ruineburcht fietsen we door naar Bacharnsdorf, deze plaats heeft nog een mooie Romeinse toren.

We komen in Rossatz, een mooi wijndorp en hier staat nog een Romeinse wachttoren. We komen onderweg veel kersen tegen die je zomaar mag plukken, er staat zelfs soms een trap bij.

We fietsen nu echt weer door een Limesgebied en dat is aan alles te zien. Veel Romeinse overblijfselen.

Verderop komen we tussen de wijnheuvels het schilderachtige stadje Durnstein tegen met zijn opvallende baroktoren van het voormalig Augustijnenklooster. Boven dit klooster staat nog de ruïne van de voormalige Kuenringerburcht, waar volgens de legende Richard van Leeuwenhart gevangen werd gehouden.

Verderop komen we Mautern tegen, welke al door de Kelten werd bewoond. Van de Romeinse legerplaats Favianus bleven delen van de stadsmuur met torens bewaard. 

Aan de overkant van de Donau ligt de grote plaats Krems met zijn middeleeuwse Altstadt. Deze plaats hebben we ook nog even bezocht.

Via de Benedictijner abdij Stift Gottweig, welke wij op afstand passeren komen we aan bij een jachthaven in Traismauer. Volgens ons boekje moet hier een camping zijn, bij navraag bleek deze niet meer te bestaan en men verwijst ons naar een twee kilometer verderop bij een midgetgolfterrein. In Traismauer gaan we voor de zekerheid toch maar even vragen bij het VVV of de camping bij dat midgetgolfterrein nog wel bestaat. Het antwoord is negatief, maar Marja geeft zich niet zomaar gewonnen en wij fietsen toch naar de midgetgolfterreincamping. De eigenaar, meneer Koller verteld ons dat de camping bij hem sinds dit jaar niet meer bestaat, maar hij wijst ons naar een ander plekje. Waren wij daar al niet eerder langsgekomen?

Het blijkt het restaurant Altenriederer am See te zijn. Wij komen daar van de ene verrassing in de andere. Overal lopen beesten, konijnen, kippen en ganzen. De eigenaar maakt van walnoten een heerlijke likeur. Zelfs heeft hij ook nog een plaats voor ons. We mogen ons douchen in een van de kamers welke hij verhuurd, dus we overnachten in onze tent en douchen en afwassen in kamer no 6. Het is een zelfplukveld van allerlei vruchten en deze is pas open gegaan op 11 juni. Wat hebben wij een geluk vandaag